Brandwonden
Brandwonden zijn verwondingen waarvan de ernst zeer uiteen kan lopen: van kleine vervelende pijnlijke plekjes tot grote levensbedreigende verbrandingen. Verbrandingen treden meestal op van de huid, maar kunnen ook voor ernstige letsels aan bijvoorbeeld de luchtwegen zorgen. Ze kunnen blijvende schade aanbrengen en daarmee patiënten voor het leven tekenen met littekens.
Brandwondenpatiënten nemen een aparte plaats in bij de ongevalslachtoffers. Zij hebben het ongeval meestal bewust meegemaakt. Daardoor herinneren slachtoffers zich, zelfs na een lange tijd, het ongeval alsof het gisteren was.
Verbrandingen ontstaan door invloed van hitte op de huid gedurende een bepaalde tijd en boven een bepaalde kritische temperatuur. Boven deze kritische temperatuur (+/- 40° C) treedt beschadiging van de huid op. Er zijn verschillende soorten brandwonden. Deze worden ingedeeld naar de diepte van de brandwond. De diepte van de brandwond hangt af van:
- De temperatuur van de inwerkende hitte;
- De tijd dat de hitte inwerkt op de huid;
- De oorzaak van de verbranding (bijvoorbeeld hete vloeistof, vuur).
Eerstegraads verbranding
Bron: Nederlandse Brandwonden Stichting, zie www.brandwonden.nl. Dit geldt voor alle informatie op deze pagina.
Bij een eerstegraads verbranding is de (opper)huid nog niet beschadigd. Bij een eerstegraads verbranding is de huid:
- Rood;
- Droog;
- Pijnlijk;
- Opgezwollen.
Deze verschijnselen zijn het beste te vergelijken met die van een ontsteking. Een typisch voorbeeld van een eerstegraads verbranding is verbranding door de zon. Na een paar dagen zijn de onaangename verschijnselen van een eerstegraads verbranding verdwenen. Een eerstegraads verbranding geneest in principe restloos.
Oppervlakkige tweedegraads brandwond
Bij een tweedegraads brandwond is de opperhuid beschadigd. De beschadiging blijft echter beperkt tot de oppervlakkige laag, waarbij de laag waarin de huidcellen (lederlaag) worden aangemaakt, nog deels intact is. Bij een oppervlakkige tweedegraads brandwond is de wond:
- Rood;
- Nat;
- Pijnlijk;
- Vaak blaarvorming.
Omdat de lederlaag nog deels intact is, geneest de oppervlakkig tweedegraads brandwond vaak binnen 10-14 dagen en zal in principe geen littekens achterlaten, eventueel een licht kleurverschil. Voor de behandeling van oppervlakkig tweedegraads brandwonden zijn vele (bedekkings)mogelijkheden.
Daarnaast is de behandeling erg afhankelijk van de plek en de grootte van de verbranding. Sommige tweedegraads brandwonden kunnen in een gewoon ziekenhuis worden behandeld, terwijl andere naar een speciaal brandwonden centrum verwezen zullen worden.
Diepe tweedegraads brandwond
Bij een diepe tweedegraads brandwond is de lederhuid (tweede huidlaag onder de opperhuid) duidelijk aangetast. De hitte heeft langer kunnen doordringen in het huidweefsel. Bij een diepe tweedegraads brandwond is er duidelijk sprake van een wond. De wond is:
- Rood/wit;
- Nat;
- Zeer pijnlijk.
Omdat bij een diepe tweedegraads verbranding er nog enige genezing vanuit de diepte kan plaatsvinden (bijvoorbeeld van huidcellen in de diepe haarzakjes) zal de brandwond wel vanuit de diepte kunnen genezen, maar trager dan een oppervlakkig tweedegraads verbranding.
Ook kan een diepe tweedegraads verbranding littekens achterlaten die zich kenmerken door een kleurverschil van de huid en het stugger/steviger zijn van de nieuwe huid. Ook voor de behandeling van diepe tweedegraads brandwonden zijn vele (bedekkings)mogelijkheden. Daarnaast is de behandeling erg afhankelijk van de plek en de grootte van de verbranding. Sommige tweedegraads brandwonden kunnen in een gewoon ziekenhuis worden behandeld, terwijl andere naar een speciaal brandwonden centrum verwezen zullen worden.
Derdegraads brandwond
Bij een derdegraads brandwond is de huid verwoest tot aan het onderhuids vetweefsel, waarbij de laag waarin de zenuwuiteinden en de haarzakjes zitten, volledig verwoest is. De huid is over de volledige dikte dood/verwoest. Bij een derdegraads brandwond is de wond:
- Wit/zwart;
- Droog en leerachtig;
- Nauwelijks pijnlijk (bij diepe brandwonden zijn ook de zenuwen in de huid aangetast).
Een derdegraads brandwond zal lange tijd nodig hebben om te genezen, omdat deze niet meer vanuit de diepte kan genezen maar alleen vanuit de wondranden. Bij grote brandwonden is er een operatie nodig om de dode huidresten te verwijderen en de wonden te bedekken met bijvoorbeeld een huidtransplantatie.
Afhankelijk van de plaats en grootte van de brandwond, zal dit in een gewoon ziekenhuis kunnen plaatsvinden of in een speciaal brandwonden centrum. Derdegraads brandwonden geven vaak duidelijke littekens ten gevolge van bindweefsel/littekenweefsel vorming. Dit kan eventueel te zijner tijd door een plastisch chirurg geprobeerd worden te corrigeren.