Ziektebeelden
Hieronder vindt u meer informatie over ziektebeelden die veel voorkomen bij patiënten die op de Intensive Care liggen. Per patiënt kunnen de verschijnselen en de behandeling erg verschillen. De behandeling wordt daarom nauwkeurig afgestemd op de specifieke situatie van de patiënt. Het kan dus zijn dat de informatie op deze website niet helemaal overeenkomt met de informatie die u van de arts of de verpleegkundige hebt gekregen.
Alvleesklierontsteking
Ook wel pancreatitis genoemd. Patiënten kunnen hier erg ziek van zijn en veel buikpijn hebben. Door de ontsteking kan de bloeddruk laag worden, waarvoor op de IC medicatie gegeven kan worden.
Bevalling (voor of na)
Zowel voor als na een bevalling kan het nodig zijn dat de aanstaande moeder continue bewaakt wordt op de IC. Zo nodig kunnen we medicatie geven voor bijvoorbeeld een hoge bloeddruk. Mocht er na de bevalling een bloeding optreden, dan kan zij op de IC continue bewaakt en verzorgd worden.
Bloedvergiftiging
Ook wel sepsis genoemd. Een bloedvergiftiging is een reactie van het lichaam op een infectie. Er zijn milde en ernstige vormen van sepsis. Wanneer de sepsis ernstiger wordt en de patiënt een lage bloeddruk krijgt, noemen we dit een septische shock. Door de lage bloeddruk ontstaat zuurstof tekort in de organen en hierdoor gaan de organen slechter functioneren. Dit wordt multi-orgaanfalen genoemd.
COPD
COPD is een verzamelnaam voor een aantal chronische longaandoeningen. Bij een plotselinge verergering van de klachten, spreekt men van een exacerbatie. Wanneer de klachten (benauwdheid) te erg worden, kan het nodig zijn om opgenomen te worden op de IC zodat de ademhaling ondersteund kan worden.
Delier (verwardheid)
Bij (ernstig) zieke patiënten ontstaat tijdens de opname vaak een periode van verwardheid. Dat noemen we ook wel delier. Patiënten met een delier weten niet meer goed waar ze zijn, welke dag het is en soms halen ze ook personen door elkaar. Ze zien bijvoorbeeld een verpleegkundige voor een familielid aan (desoriëntatie). In veel gevallen weten patiënten niet wat er met ze aan de hand is en draaien ze dag en nacht om. Het is moeilijk hun aandacht te trekken en vast te houden. Ze vertellen geen logisch verhaal en kunnen zich slecht herinneren wat er eerder gezegd of gebeurd is. Vaak hebben ze hallucinaties; ze zien of horen dingen die anderen niet waarnemen.
De meeste patiënten met een delier zijn onrustig, maar soms is een patiënt juist erg in zichzelf teruggetrokken. We noemen dat dan een stil delier.
Diabetes
Wanneer de bloedsuiker erg ontregeld is, kan het zijn dat een opname op de IC noodzakelijk is. De medische benaming hiervoor is ook wel diabetische ketoacidose. Met diabetische ketoacidose bedoelen we een verzuring van het lichaam door een insuline tekort. Een ketoacidose is een levensbedreigende situatie waarbij direct ingrijpen van het grootste belang is. De behandeling bestaat onder andere uit het toedienen van vocht en insuline.
Epilepsie
Epilepsie is een stoornis in de hersenen, waarbij er als het ware ‘kortsluiting’ in de hersenen ontstaat. Meestal is dit zichtbaar doordat iemand een aanval krijgt. Bij een aanval kan de patiënt het bewustzijn verliezen en stuiptrekkingen krijgen. Als een epileptische aanval langer duurt dan 30 minuten of als de patiënt tijdens de aanvallen niet meer bij bewustzijn komt, is er sprake van 'status epilepticus'. Soms is dit levensbedreigend. Deze patiënten worden altijd opgenomen op de IC voor extra bewaking en het toedienen van medicijnen. Soms is het nodig om te beademen.
Influenza (griep)
Influenza, ook wel griep genoemd, is een besmettelijke ziekte. Mensen krijgen dit door het influenzavirus. Het virus zit in de keel, neus en luchtwegen van iemand die ziek of besmet is. Door hoesten, niezen en praten, komen kleine druppeltjes met het virus in de lucht en kunnen mensen in de omgeving van de patiënt besmet raken met het virus. Echte griep leidt bij de meeste mensen tot aanzienlijke ziekteverschijnselen. Een longontsteking kan een van deze ziekteverschijnselen zijn. Wanneer bijvoorbeeld de longontsteking zo erg wordt dat de patiënt geholpen moet worden met ademen, is een opname op de IC noodzakelijk. De patiënt zal de eerste dagen in isolatie verpleegd worden tot het besmettingsgevaar van de griep voorbij is.
Longontsteking
Wanneer een longontsteking zorgt voor ademhalingsproblemen, is behandeling op de IC nodig. De longontsteking wordt behandeld met antibiotica. Als het nodig is, wordt de ademhaling ondersteund met behulp van apparatuur.
Longembolie
Bij een longembolie zit er een bloedstolsel in één of meerdere bloedvaten van de long. Hierdoor stroomt er minder bloed naar de delen van de long die achter het stolsel liggen. Daardoor kan een deel van de long geen zuurstof opnemen, waardoor benauwdheid kan optreden. Wordt die benauwdheid zo erg dat er extra ondersteuning van de ademhaling nodig is, dan wordt de patiënt op de IC opgenomen.
Maagbloeding
Door verschillende oorzaken kan een bloeding in de maag ontstaan. Patiënten worden op de IC opgenomen om goed te kunnen zien hoe ernstig de bloeding is.
Door continue bewaking van de patiënt kan snel actie worden ondernomen als de bloeding verergert. Indien nodig, kunnen hiertegen medicijnen en bloed gegeven worden.
Ongeval
Bij een (ernstig) ongeval wordt de patiënt opgenomen op de IC voor continue bewaking en pijnstilling. De patiënt zal niet alleen door een dokter van de IC nagekeken worden, maar ook door een chirurg. Door de continue bewaking kunnen eventuele latere complicaties/bloedingen snel worden ontdekt en behandeld.
Na een operatie
Na sommige operaties verblijven de patiënten één of meerdere nachten op de IC om de patiënt goed te bewaken en eventuele complicaties snel te ontdekken.
Reanimeren
Reanimeren is het weer op gang brengen van de hartslag. Reanimatie moet snel toegepast worden; de hersenen kunnen namelijk maar kort zonder zuurstof. De kans dat een reanimatie succes heeft, is klein. Soms slaagt de reanimatie gedeeltelijk. Dat wil zeggen dat het hart wel weer gaat kloppen en ook de ademhaling weer op gang komt, maar dat de patiënt niet wakker wordt. Als na een reanimatie de hartslag weer op gang is gekomen, wordt een patiënt opgenomen op de IC. De patiënt is niet bij bewustzijn en wordt in slaap gehouden. Hierdoor is het noodzakelijk dat de ademhaling wordt ondersteund/overgenomen door een beademingstoestel. Als de slaapmedicatie gestopt wordt, werken deze nog een tijdje na. Het is niet te zeggen hoe lang het duurt voordat de slaapmedicatie is uitgewerkt en de patiënt wakker wordt.
Vaatafsluiting
Wanneer een bloedvat wordt afgesloten door bijvoorbeeld een bloedstolsel, dan kan dit op de IC behandeld worden met medicijnen. Deze verkleinen het bloedstolsel waardoor het bloedvat weer doorgankelijk wordt. De medicijnen worden toegediend via een slangetje ingebracht in de lies. Dit gebeurt op de angiokamer. Op de angiokamer wordt met behulp van röntgenstraling gekeken naar de bloedvaten. Hierdoor kan het slangetje op de juiste plaats worden ingebracht en kan men zien of het bloedvat weer doorgankelijk is. Gedurende de IC opname wordt er dagelijks gekeken op de angiokamer of het bloedvat weer doorgankelijk is.
Overdosis
Door een overdosis kan het zijn dat de patiënt niet meer bij bewustzijn is en dat de ademhaling hierdoor in gevaar komt. Daarvoor zal de patiënt altijd ter observatie en voor behandeling op de IC worden opgenomen. De behandeling kan bestaan uit het ondersteunen van de ademhaling en bloeddruk. Daarnaast kan het geven van medicatie tegen de overdosis nodig zijn. Voordat de patiënt de IC mag verlaten, wordt hij of zij altijd gezien en beoordeelt door de psychiater.