Onderzoeken
In het Albert Schweitzer ziekenhuis kunt u terecht voor alle gangbare gynaecologische onderzoeken. Op deze pagina vindt u informatie over veelvoorkomende onderzoeken.Klikt u voor meer informatie op één van de onderzoeken hieronder.
Inwendig gynaecologisch onderzoek
Een standaard inwendig gynaecologisch onderzoek is één van de meest gangbare onderzoeken. De gynaecoloog vraagt u in een speciale stoel plaats te nemen. Vervolgens wordt een instrumentje (dat de vorm heeft van een eendenbek) de schede ingebracht. Eenmaal ingebracht worden de snavels van de 'eendenbek' langzaam gespreid, waardoor de baarmoedermond kan worden onderzocht. Hiermee kan de binnenzijde van uw schede en uw baarmoedermond worden bekeken. Ook beoordeelt de gynaecoloog de grootte van uw baarmoeder en eierstokken. Dit kan nodig zijn bij verschillende klachten.
Gynaecologisch echoscopisch onderzoek
Bij een echoscopisch onderzoek kunnen uw baarmoeder en eierstokken met behulp van geluidsgolven in beeld worden gebracht. Het echografisch onderzoek vindt meestal via de schede plaats. Soms wordt het onderzoek via uw buikwand gedaan.
Waterecho
De waterecho is een iets uitgebreidere inwendige echoscopie. Hierbij wordt een speculum (eendenbek) in uw schede gebracht om uw baarmoedermond te kunnen zien. Vervolgens wordt een dun plastic slangetje in uw baarmoeder gebracht. Via het slangetje wordt voorzichtig water in uw baarmoederholte gespoten. Hierbij kunt u last hebben van een menstruatieachtige buikpijn.
Met behulp van een waterecho kan de gynaecoloog zien of er bijvoorbeeld een poliep of vleesboom in uw baarmoederholte aanwezig is.
Diagnostische hysteroscopie
Bij een diagnostische hysteroscopie wordt de hysteroscoop (een dun kijkbuisje met een camera) in uw schede gebracht en wordt uw baarmoedermond onderzocht. Meestal glijdt de hysteroscoop gemakkelijk door de baarmoederhals. U kunt tijdens dit onderzoek last hebben van menstruatieachtige pijn.
Door de hysteroscoop wordt in uw baarmoederholte vloeistof gebracht. Hierdoor kan de gynaecoloog de gehele binnenzijde van uw baarmoeder goed bekijken. Als u wilt, kunt u via de monitor meekijken.
Diagnostisch betekent ‘om te onderzoeken’. In sommige gevallen is het mogelijk om direct een kleine ingreep te doen zoals het verwijderen van een poliep of vleesboom. Dit wordt dan een therapeutische hysteroscopie.
Diagnostische laparoscopie (kijkoperatie)
Diagnostische betekent ‘om te onderzoeken’. Laparoscopisch betekent ‘in de buik kijken’. Een diagnostische laparoscopie is dus een operatie waarbij de gynaecoloog met een dun kijkbuisje (laparoscoop) in de buikholte kan kijken. De operatie gebeurt bijna altijd onder narcose (algehele verdoving).
De gynaecoloog maakt dan een paar kleine sneetjes in de buik (soms onzichtbaar in de navel en het schaamhaar) om de laparoscoop en tastinstrument in de buikholte te brengen. Hierdoor kan de gynaecoloog de organen in de buikholte onderzoeken: de baarmoeder, de eileider en de eierstokken.
Een laparoscopie is een (vrij eenvoudige) operatie die gemiddeld een half uur in beslag neemt. Meestal vindt de operatie in dagbehandeling plaats, zodat u dezelfde dag weer naar huis mag.
Tijdens een kijkoperatie (laparoscopie) wordt soms ook een ‘echte’ operatie uitgevoerd, zoals het verwijderen van kleine vergroeiingen of een stukje weefsel wegnemen voor onderzoek (biopt). Verder kan de gynaecoloog met een laparoscopie vaststellen of een andere, grotere operatie nodig is.
Veel voorkomende redenen voor een laparoscopie zijn: buikpijn, onvruchtbaarheid, endometriose, sterilisatie, ontstekingen, verklevingen, inwendige bloedingen, buitenbaarmoederlijke zwangerschap, zwellingen in de buik.
Echografie
Het echo-onderzoek is pijnloos. Op uw buik wordt een dikke gel aangebracht. Deze gel is koud en voelt kleverig aan. Vervolgens beweegt de arts met een zogenaamde echosensor over de gel. De echosensor zendt geluidsgolven uit die worden teruggekaatst door de organen en weefsels. De sensor vangt deze echo’s op en stuurt ze naar de computer, die er een beeld van maakt.
Röntgenfoto van de baarmoeder
Dit onderzoek wordt ook wel een HSG, Hystero Salpingografie, genoemd. Dit is een röntgenonderzoek waarbij met behulp van contrastvloeistof een foto van uw baarmoeder en de eileiders wordt gemaakt. Hierdoor kan de gynaecoloog kijken of de eileiders doorgankelijk zijn en de vorm en ligging van de baarmoeder zien.
Het onderzoek vindt altijd plaats op de afdeling Radiologie en moet gebeuren vlak na de menstruatie en vóór de eisprong. U mag vier dagen voor het onderzoek geen geslachtsgemeenschap hebben.
Het onderzoek bestaat uit twee delen. Bij het eerste deel worden er foto’s gemaakt met behulp van contrastvloeistof. Dit gebeurt doormiddel van het inbrengen van een speculum (eendenbek) in uw vagina. Via het speculum wordt een dun buisje in uw baarmoeder gebracht. Via het buisje wordt contrastvloeistof in uw baarmoeder en eileiders gespoten, waarna de foto’s worden gemaakt. U kunt tijdens het eerste gedeelte last hebben van menstruatieachtige pijn.
Bij het tweede deel wordt de controlefoto gemaakt. Dit gebeurt 1 tot 4 uur na het inbrengen van de contrastvloeistof. Bij de controlefoto wordt niets meer ingebracht. Dit is een gewone röntgenfoto om te bekijken of de contrastvloeistof zich in uw buik verspreidt.
Na het onderzoek kunt u wat slijm, bloed of jodium verliezen via uw vagina. Dat is normaal. U kunt hiervoor een maandverband meenemen naar het ziekenhuis.
Uitstrijkje
Bij een uitstrijkje neemt de gynaecoloog met een borstel of spatel cellen van de baarmoedermond af. De gynaecoloog brengt een speculum (eendenbek) in uw schede, waardoor de gynaecoloog beter zicht heeft op uw baarmoedermond. Daarna draait de gynaecoloog een spateltje of borsteltje rond in uw baarmoedermond om wat cellen te verkrijgen. Dit kan een wat onaangenaam gevoel geven.
Het onderzoek doet in principe geen pijn. De cellen worden door de patholoog nagekeken op een infectie of ontsteking door bacteriën of virussen. De uitslag van dit het uitstrijkje is vaak binnen drie weken bekend.
Bij een afwijkend uitstrijkje hangt het af van de uitslag welk advies u krijgt van de gynaecoloog: een nieuw uitstrijkje of verder onderzoek bij de gynaecoloog. Bij dit vervolgonderzoek kijkt de gynaecoloog bijna altijd eerst met een microscoop naar de baarmoedermond. Dit wordt een colposcopie genoemd.
Colposcopie
Een colposcopie is een microscopisch onderzoek van de baarmoedermond. De gynaecoloog brengt een speculum (eendenbek) in uw schede (vagina). De microscoop staat voor u, voor de schede. Om de cellen van de baarmoedermond beter kunnen beoordelen, maakt de gynaecoloog de baarmoedermond nat met een soort jodium of een soort azijnoplossing. Dit kan even prikken. Vertelt u uw gynaecoloog wanneer u het onderzoek onprettig vind. Soms kunt u zelf meekijken op een scherm.
Zijn er afwijkingen te zien, dan neemt de gynaecoloog met een kleine tang een of meerdere stukjes weefsel uit het afwijkende gebied. Dit wordt een biopsie genoemd. Dat kan even pijn doen. Hierdoor ontstaat een klein wondje. Het bloedverlies verdwijnt meestal vanzelf binnen enkele dagen. Duurt het langer of is het bloedverlies groter dan bij een gewone menstruatie, neemt u dan contact op met onze polikliniek.
De patholoog onderzoekt het weefsel. De uitslag van dat onderzoek is binnen één á twee weken bekend.