Zorgpad

Verwijderen van de lymfeklieren uit de oksel (okselkliertoilet)

De lymfeklieren en lymfevaten zijn onderdeel van het natuurlijk afweersysteem van uw lichaam. Afvalstoffen, bacteriën en virussen komen via de lymfevaten in de lymfeklieren terecht en worden daar gefilterd. Lymfeklieren en lymfevaten bevinden zich op vele plaatsen in uw lichaam. In uw oksel zitten ongeveer 10 tot 20 lymfeklieren.

Kankercellen kunnen losraken van de tumor en zich via de lymfebanen door het lichaam verspreiden. Dit noemen we uitzaaiingen. Als borstkanker uitzaait, gaat dit meestal via de lymfeklieren in de oksel. Vanuit deze lymfeklieren kan borstkanker zich verder in het lichaam uitzaaien.

Voor de verdere behandeling van borstkanker is het belangrijk te weten hoe ver de ziekte gevorderd is. Daarom is aan u een operatie voorgesteld waarbij de lymfeklieren uit uw oksel worden verwijderd. Dit wordt een ‘okselkliertoilet’ genoemd.

Over het verwijderen van alle lymfeklieren uit de oksel is ook een folder beschikbaar. 

U bent nu hier

HomepageBreast ClinicBorstkanker, wat nu?Operatieve behandelmogelijkhedenVerwijderen van de lymfeklier(en)Verwijderen van de lymfeklieren uit de oksel (okselkliertoilet)
  1. Wat is het?

    Wat is een okselkliertoilet?

    Een okselkliertoilet is een operatie waarbij alle lymfeklieren met het omliggend vetweefsel in uw oksel worden verwijderd. Daarna onderzoekt de patholoog hoeveel lymfeklieren uitzaaiingen bevatten, dit zijn de aangedane lymfeklieren. Het aantal aangedane lymfeklieren geeft het stadium van de ziekte weer, waarop de nabehandeling kan worden afgestemd.

    Na de ingreep hecht de chirurg de wond met oplosbare, onderhuidse hechtingen en laat een drain achter om het wondvocht af te voeren. De drain mag afhankelijk van de productie van het wondvocht verwijderd worden. U wordt voor deze operatie meestal twee dagen in het ziekenhuis opgenomen. Dit is mede afhankelijk van uw algehele conditie en het verloop van de operatie. 

  2. Wanneer uitgevoerd?

    Wanneer wordt een okselkliertoilet uitgevoerd?

    Het verwijderen van de lymfeklieren uit de oksel kan op twee momenten plaatsvinden:

    • Tegelijkertijd met de operatie aan uw borst. Dit gebeurt wanneer er voor de operatie al aangetoond is dat er kwaadaardige cellen in een lymfeklier in de oksel zitten.
    • Na het onderzoeken van de schildwachtklier. Als uit het microscopisch onderzoek blijkt dat de schildwachtklier kwaadaardige cellen bevat, bespreekt de arts of verpleegkundig specialist met u of er een okselkliertoilet uitgevoerd moet worden. Dit betekent dat in een tweede operatie alle lymfeklieren in de oksel verwijderd worden.
  3. De operatie

    De operatie

    De operatie vindt plaats onder algehele narcose. Bij de operatie maakt de chirurg een snede ter plaatse van de onderste haargrens in de oksel en worden de lymfeklieren in het okselgebied verwijderd. De wond wordt met oplosbare, onderhuidse hechtingen gesloten en afgedekt met een hechtpleister.

  4. Na de operatie

    Na de operatie

    Na de operatie heeft u een drain in het wondgebied. Als tijdens dezelfde operatie uw borst wordt geamputeerd, dan heeft u er twee. Een drain is een dun slangetje met een opvangzakje dat overtollig wondvocht afvoert. De afvoer van dit vocht is van belang voor de genezing van de wond.

    De drain wordt de dag na de operatie verwijderd, tenzij deze te veel vocht produceert. Dan gaat u met een drain naar huis. Zodra u thuis bent, belt de mammacareverpleegkundige u de volgende werkdag op om te vragen hoe het met u gaat en hoeveel vocht er uit de drain komt. Zij bespreekt met u wanneer de drain verwijderd kan worden. Dit gebeurt op het spreekuur van de mammacareverpleegkundige.

    Ook krijgt u nog een folder mee waarin u alles kunt nalezen.

    Blijf in beweging!

    Blijf na de operatie niet in bed liggen, maar bouw uw activiteiten in een rustig tempo op. U mag uw arm aan de geopereerde zijde rustig aan, op geleide van de pijn, bewegen. De eerste zeven dagen mag u dit niet boven de 90° doen. Dit is tot schouderhoogte bewegen. Na zeven dagen mag u uw arm normaal gaan gebruiken, maar wel op geleide van pijn.

    Het is belangrijk dat u uw arm beweegt om de kans op bewegingsbeperkingen van de schouder te verkleinen. Forceer niet, maar wees ook niet te voorzichtig. U hoeft niet bang te zijn dat door bewegen de wond opengaat of dat de hechtingen zullen loslaten. Daarnaast is het belangrijk dat u na de operatie regelmatig arm- en schouderoefeningen doet. Dit is om de kans op blijvende bewegingsbeperking te verkleinen. Lees ook de folder over oefeningen na een borstoperatie. U vindt deze folder ook n uw informatiemap.
    De beweeglijkheid van uw arm verbetert meestal in de weken na de operatie.

    Tijdens uw opname in het ziekenhuis krijgt u al een keer bezoek van de fysiotherapeut. De fysiotherapeut helpt u met het weer in beweging komen en geeft u adviezen over het gebruik van uw arm en schouder.

    Na een borstoperatie waarbij een directe reconstructie door de plastisch chirurg is uitgevoerd gelden andere beweegadviezen. U krijgt deze van uw plastisch chirurg en/of fysiotherapeut.

  5. Complicaties

    Mogelijke klachten en complicaties

    Een okselkliertoilet is voor u een ingrijpendere operatie dan een schildwachtklierprocedure. Ook is er meer kans op klachten. Bij iedere operatie treffen we uitgebreide voorzorgsmaatregelen om de kans op complicaties te verminderen. Toch zijn er bij iedere operatie risico’s en kunnen er complicaties optreden. Hieronder worden de meest voorkomende klachten en complicaties van een borstoperatie beschreven:

    • Nabloeding. Direct na de operatie kan er een nabloeding ontstaan. Soms is dan een tweede operatie noodzakelijk om de bloeding te verhelpen.
    • Wondinfectie. De huid rond het litteken kan rood worden en pijn doen. Ook kunt u koorts krijgen. Bij een wondinfectie heeft u mogelijk antibiotica nodig. Patiënten met diabetes (suikerziekte) en/of overgewicht en patiënten die roken hebben een grotere kans op wondinfectie.
    • Trombose. Trombose is de vorming van een bloedstolsel in een ader. Hierdoor wordt de doorstroming van het bloedvat belemmerd. Bij trombose heeft u medicijnen nodig die het bloed dunner maken.
    • Vochtophoping. Als gevolg van de operatie kan het voorkomen dat er vochtophoping (seroom) ontstaat in het wondgebied. Dit kunt u niet voorkomen. Het verdwijnt meestal vanzelf. Als er door de vochtophoping bij u sprake is van erge pijn of een sterke bewegingsbeperking, dan kan het vocht met een naald (punctie) worden weggezogen. Dit gebeurt poliklinisch door de mammacareverpleegkundige. Het aanprikken en wegzuigen van vocht is meestal pijnloos omdat de omgeving van de wond vaak nog gevoelloos is. Omdat de aanmaak van vocht een aantal weken kan duren, kan het nodig zijn dat u hiervoor meerdere keren moet terugkomen.
    • Zenuwpijn. Bij het uitvoeren van de operatie is het soms onvermijdelijk dat kleine zenuwen rond uw oksel en/of borst worden doorgesneden. Hierdoor kunt u na de operatie in het geopereerde gebied of in de arm aan de geopereerde kant een gevoelloos gebied hebben of juist een zeurende, brandende, schrijnende of stekende pijn. Het is ook mogelijk dat u enige tijd het gevoel heeft dat de weggehaalde borst er nog is. Dit wordt ‘fantoompijn’ genoemd. Meestal verdwijnen deze klachten in de loop van zes maanden vanzelf weer. 
    • Bewegingsbeperking van de arm. Na de operatie kan de beweeglijkheid van uw arm aan de geopereerde zijde wat minder zijn. U krijgt oefeningen om de kans op blijvende bewegingsbeperking te verkleinen. Meestal kunt u binnen drie maanden na de operatie vrijwel alle bewegingen met uw schouder en arm weer maken. Soms is het nodig dat u doorverwezen wordt naar een fysiotherapeut. U heeft hiervoor een verwijzing nodig van de chirurg, verpleegkundig specialist of mammacareverpleegkundige.
    • Pijnlijk en/of vastzittend litteken. Het litteken kan door de vorming van littekenweefsel wat verhard aanvoelen. Als u last heeft van een pijnlijk en/of vastzittend litteken kan dit voor bewegingsbeperking zorgen. Zodra de wond helemaal gesloten is mag u het dagelijks masseren en insmeren met een crème. Dat maakt het litteken soepeler. Voor het insmeren gebruikt u een vette, verzorgende crème, bij voorkeur uit een tube. Als u last blijft houden van een pijnlijk en/of vastzittend litteken kan een huidtherapeut met speciale massagetechnieken de doorbloeding verbeteren en uw huid weer soepel maken. U heeft hiervoor een verwijzing nodig van de chirurg, verpleegkundig specialist of mammacareverpleegkundige.
    • Strengvorming aan de binnenzijde van de bovenarm naar de elleboog of pols. Dit wordt veroorzaakt door verharde lymfevaten en voelt aan als een streng onder de huid. Dit kan pijnklachten en bewegingsbeperking van uw arm en schouder veroorzaken. Zo nodig kan een gespecialiseerde fysiotherapeut of huidtherapeut u behandelen. U heeft hiervoor een verwijzing nodig van de chirurg, verpleegkundig specialist of mammacareverpleegkundige.
    • Lymfoedeem. De hand of arm aan de geopereerde zijde wordt in meer of mindere mate dik, omdat er zich vocht in ophoopt. Hieronder leest u meer over lymfoedeem.
  6. Lymfeoedeem

    Lymfeoedeem

    Doordat bij de operatie alle lymfeklieren uit uw oksel worden verwijderd kan uw lichaam na deze operatie het lymfevocht moeilijker afvoeren. Meestal is uw lichaam in staat zich aan die nieuwe situatie aan te passen. Maar een deel van de vrouwen krijgt last van vochtophoping in de arm aan de geopereerde kant. Een deel van de arm wordt dan dikker dan normaal. Zo’n zwelling heet lymfoedeem.

    De kans op lymfoedeem wordt groter als u na het okselkliertoilet in het okselgebied bestraald moet worden.

    Lymfoedeem is een chronische aandoening en kan ingrijpende gevolgen hebben voor uw dagelijkse leven. De kans op lymfoedeem is de eerste twee jaar het grootst, maar deze klacht kan ook later nog ontstaan. Het is daarom belangrijk om lymfoedeem te voorkomen. Of om het zo vroeg mogelijk te herkennen en te laten behandelen. Verderop leest u over de leefregels die helpen om lymfoedeem te voorkomen.

    De mammacareverpleegkundige meet in het eerste jaar na de operatie meerdere malen de omvang van uw arm. Bij eventuele toename en/of klachten kunnen dan tijdig maatregelen genomen worden.

    Herkennen van lymfoedeem

    Bij lymfoedeem kunt u de volgende klachten hebben in uw arm, hand, oksel, borst en/of rug van de geopereerde zijde:
    • Zwelling.
    • Een zwaar, gespannen of moe gevoel.
    • Functieverlies of bewegingsbeperking.
    • Pijn en/of tintelingen.

    Als u voelt dat uw arm of schouder moe of pijnlijk wordt of als u last krijgt van een zwaar gevoel in uw arm, geef deze dan rust. Leg uw arm zoveel mogelijk op een kussen. Als u dit tijdig doet, is de kans aanwezig dat de klachten verdwijnen. Als de klachten na 2-3 dagen rust niet verminderd zijn, neemt u dan contact op met de mammacareverpleegkundige. Zij meet de omvang van uw arm en verwijst u zo nodig naar een fysiotherapeut of huidtherapeut die gespecialiseerd is in de behandeling van lymfoedeem. Hoe eerder maatregelen worden genomen, hoe groter de kans dat de zwelling vermindert of stabiel blijft.

    Leefregels om kans op lymfeoedeem te voorkomen:

    Om de kans op het ontstaan van lymfoedeem te verminderen adviseren wij u onderstaande leefregels. Lymfoedeem kan kort na de operatie ontstaan, maar ook na maanden of jaren. Omdat alle lymfeklieren in uw oksel verwijderd zijn, gelden deze leefregels voor altijd.

    • Voorkom overbelasting, zoals: zeer intensieve en langdurige, steeds terugkerende gelijksoortige inspanning. Vermijd langdurig en zwaar tillen.
    • Voorkom wondjes zoveel mogelijk aan de geopereerde kant. Ieder wondje is een ingang voor bacteriën en kan een ontsteking veroorzaken. Lymfoedeem kan ontstaan door een ontsteking van een wondje. Draag bij vuil (huishoudelijk) werk en tuinieren handschoenen. Gebruik bij het ontharen van uw oksel een crème of ladyshave in plaats van een scheermesje. Heeft u toch een wondje, maak dit dan schoon met een desinfecterend middel (bijvoorbeeld Bethadine of alcohol).
    • Voorkom verminderde afvoer van lymfevocht. Vermijd strakke kleding en sieraden, slecht passende bh’s en zware borstprotheses. Draag bij een grotere cupmaat een bh met brede banden en kies eventueel voor een lichtgewicht prothese. Draag schoudertassen en handbagage steeds aan de NIET geopereerde zijde. Draag geen rugzak.
    • Blijf in beweging. Lichte werkzaamheden en sport zorgen juist voor de vochtafvoer. Dit komt doordat spierbewegingen in uw arm een stimulerende werking hebben op de vochtafvoer via de lymfevaten.
  7. Weefselonderzoek

    Weefselonderzoek

    Na de operatie onderzoekt de patholoog het verwijderde weefsel. De uitslagen worden besproken in het mammateam. Na 10 tot 14 dagen bespreekt de chirurg of verpleegkundig specialist de uitslag en het behandeladvies van het mammateam met u.

U bent nu hier

HomepageBreast ClinicBorstkanker, wat nu?Operatieve behandelmogelijkhedenVerwijderen van de lymfeklier(en)Verwijderen van de lymfeklieren uit de oksel (okselkliertoilet)
Naar boven